Pagina's

woensdag 2 september 2009

She blinded me with science...(2)


Een citaat uit ‘Griekse Tango’ van de onnavolgbare Drs. P:

"Ja deze pi, dat staat te lezen in de encyclopedie, is eeuwenoud en wetenschappelijk en Grieks en vol magie. Als ik zo pieker over pi spreekt u wellicht van een manie. Maar zijn wij allen niet neuro-, fana-, roman- of mystici. Een ander heeft een kolibrie, een relikwie of een fobie. Maar ik verdiep me onophoudelijk en zonder compromis. In dit unieke en verheven wonder der planimetrie. Ik zoek het antwoord op het grote raadsel pi."

Lang leve onze recent gefêteerde toondichter! (Dit geheel terzijde: ik wil u twee van zijn meer hilarische pseudoniemen niet onthouden: Lars Brahe en Alois Mückenspucker.)

De wiskundige zandbak is dus ook een uitnodigend speelterrein voor minder wetenschappelijke lieden. Schrijvers en filmmakers putten veelvuldig uit een rijke bron van intrigerende raadsels in een onderhoudend proces van magische confabulatie. Een voorbeeld is Darren Aronofsky's 'Pi', een heerlijke zwart-wit film met een verschroeiende soundtrack, over een wetenschapper op zoek naar wiskundige patronen in de natuur. Ook de Torah en de Kabbalah worden er bij betrokken. Twee observaties moeten hierbij worden gemaakt. Want we kunnen dit niet zomaar op zichzelf aannemen. Deze en gelijkaardige films of boeken verhullen meestal een diepere fascinatie. Eerste observatie: Er wordt van uitgegaan dat de symbolische orde rondom ons, een wetenschap en kennis verhult die binnen deze betekenende structuur op zichzelf kan bestaan. Dat er een onafhankelijke logica aan het werk is. Dit terwijl de psycho-analyse ons leert dat de betekenaars, de taal, het symbolisch veld een puur contingent karakter hebben, waardoor elke betekenis die zou kunnen ontstaan (buiten de intentie van de spreker om) een geheel spontaan, arbitrair en toevallig karakter heeft. Onthou even dat een pyschoticus dit niet kan aanvaarden, voor hem/haar is er een kracht achter de schermen aan het werk die de symbolische orde stuurt. Die kracht stroomt later meestal het reële binnen in de vorm van een achtervolgende ander.

Tweede observatie: Het hoofdpersonage uit 'Pi' wordt geplaagd door barstende koppijn. Er wordt misschien ook gesuggereerd dat hij ze niet allemaal op een rijtje heeft. Hier ontmoeten we het cliché van de gekke professor. Het idee dat uitzonderlijke intelligentie gepaard gaat met waanzin. Of is het eerder zo dat waanzin het gevolg is van een mislukte poging een uiterst moeilijk en hermetisch idee te ontsluiten? Alsof er concepten en ideeën bestaan die van een dergelijke moeilijkheid blijk geven dat ze slechts eventjes kunnen aangeraakt worden, als gloeiende kooltjes, door een brein waarin onvermijdelijk dan ook een aantal circuits doorbranden.

De uitstekende documentaire 'The Story of Maths' op BBC 4 lijkt een en ander te staven. Topmathematici worden immers altijd beschreven als zeer excentriek en het is verbazend te zien hoeveel er tijdens een zoektocht naar een of ander bewijs ten onder zijn gegaan in depressie en psychose. (Cantor, Gödel,..) Wat is hier oorzaak en gevolg? Tentatief kunnen we misschien stellen dat bepaalde wiskundige ideeën structurele parallellen vertonen met de niet-symboliseerbare kern in het reële, dat wat in lacaniaanse termen weigert zich te symboliseren. En dat, op het scherp van de wiskundige snee, de eenzame vorser dit gat - in zijn of haar psychische economie - enkel kan dichten door een autonome kennis in het symbolische te deponeren: 'Het bestaat, ik weet dat het waar is, maar ik kan het niet bewijzen...' Een mogelijk resultaat is dan de terugkeer van deze kennis in de vorm van een paranoïde waan.

Men zou het hierbij kunnen laten. Een grappige denkoefening van een amateur, een hypothetisch hebbedingetje. En toch...wat moeten we dan denken van de Podolsky-Rosen paradox in de Fysica. Hier werd het aantoonbare bewijs geleverd dat elk deeltje van twee verstrengelde en later gescheiden deeltjes op elke moment kennis heeft van de spin van het andere deeltje en deze kennis ogenblikkelijk met de ander deelt (en sneller dan de snelheid van het licht...en welke 'can of worms' hiermee open getrokken wordt, laten we nog even buiten beschouwing) waardoor het dan wel weer lijkt alsof de diepere kern van ons bestaan, op het niveau van de constituerende krachten van ons universum, een structurerend kader van pure kennis is.
Lig er niet wakker van, beste Boppers...maar het zijn boeiende tijden.

1 opmerking:

  1. Uiterst scherpe en interessante reflectie over de positie van de "exacte" wetenschapper, zijn geloof en zoektocht naar een volmaakt symbolisch systeem, en de psychotiserende origine of effecten van dit alles. Wat kip of ei is, is inderdaad niet te bepalen. En gelukkig voor ons dat de man zo in elkaar zit, of de wetenschap ging niet vooruit. Tx.

    BeantwoordenVerwijderen